Het entreeplein van Station Willemspoort.
De entree van het stationsgebouw is groots. Daar moet een plein voor, dat dezelfde allure heeft en ook uitstraalt.
Mooie toegangshekken, goede verlichting en vooral ruimtelijk. Plaats voor een omnibus is onontbeerlijk. Maar ook de gelegenheid om met koetsen voor de ingang te komen. En eveneens moeten vrachtvervoerders bij de loods kunnen komen om de met de trein aangevoerde vracht de stad in te brengen.

  De aanleg van het plein.
De aankleding van het plein begint met het bepalen waar de lantaarns en het hekwerk moet komen.
Als dat is gedaan kan het fundament voor het hekwerk worden aangebracht. Dit fundament geeft ook ruimte aan de straatlantaarns.
Daarna wordt de bestrating aangelegd. Deze bestaat uit kinderkopjes waarop we het nodige zand tegenkomen.
Natuurlijk gaan we niet steentje voor steentje het hele plein bestraten. Nu weet ik wel dat dat in die tijd heel gewoon was, maar hier doen we het op de snelle manier.
Op dit plein vormt Dasklei het ideale materiaal voor de bestrating. Dunne plakjes klei op een ondergrond dat ingesmeerd is met houtlijm rollen we uit tot een laag van ongeveer een milimeter of twee. Laat dit even liggen, maar nog voor het hard wordt brengen we daar motief in.
Ik heb ooit eens, voor een ander project, een gietmalletje gemaakt om zelf klinkertjes te maken. Dit gietmalletje heb ik op een gebogen plaatje styreen gelijmd. Daar is een soort handvat op gelijmd.
Met dit gereedschapje heb ik het motief in de klei gedrukt.
Het hele plein is op kleur gebracht. Althans de basiskleur. Nu moeten nog de nuances in de kleuren gemaakt worden. Dat is vreemd genoeg een klusje waar je rustig de tijd voor moet nemen, en alles in een keer moet proberen te doen. Kleurnuances aanbrengen is een gevoels klusje. Moet je alleen doen als je inspiratie hebt. Dan pas krijg je het beste resultaat.
Dus gaan we vast met het hekwerk beginnen. Als we die computer toch niet hadden. Hierin maken we een tekening van het hekwerk. Na het uitrekenen van de lengte en de hoeveelheid hekken heb ik toch maar gekozen om iets meer te maken dan nodig. Je weet maar nooit.
We tekenen het hek in 0,5mm en 1mm lijnen. Dit doen we het best door één hekdeel te tekenen en zo vaak te kopiëren tot we de volle lengte hebben. Daarna kopiëren we het gehele hek zo vaak als we nodig hebben.
Op een mooie zomerse dag, lekker buiten, brengen we heel nauwkeurig alle 0,5mm profielen aan.
Ja, ik weet het. Weer zo'n monnikenklus. Ik hou nou eenmaal van uitdagingen. Het was lekker weer, en tegen het eind van de de dag en de klus wachtte een lekker biertje.
Als we het hekwerk voorzichtig van het papier hebben losgemaakt brengen we de staanders van 1mm aan. Deze laten we aan de onderkant iets uitsteken om ze later in het fundament te kunnen vast maken.
Maar eerst schilderen we de hekken nog even zwart.
Hier staan ze op hun plek. Nu de toegangshekken nog.
Ook hier wordt weer die computer aan het werk gezet om de tekening voor het uit twee delen bestaande toegangshek op papier te krijgen.
Vervolgens zetten we deze print met wat tape op een plaatje foam vast. Het profiel fixeren we met wat spelden om ze daarna in te lijmen met een zachte platte penseel. Doe dit wel heel subtiel.
Voorzichtig losgemaakt van het papier en op maat gesneden. Los gesneden van elkaar is de bedoeling zichtbaar. De staanders waar de scharnieren op zitten doen we even apart. We brengen deze eerst op hun plaats in het fundament aan. Later hangen we daar de openslaande hekken in en verlijmen deze. Om ze tijdens het drogen op hun plek te houden, leggen we er even een stukje styreen onder voor de fixatie.

Reclamezuil(Peperbus).
Elk zichzelf respecterend stationsplein heeft een reclamezuil. In 1845 ook al. Op zoek dan maar naar een passende peperbus. Voorbeelden uit het tijdsbeeld van dit project zijn op één vinger te tellen.
Uiteindelijk na lange tijd een schilderij gevonden met een voorbeeld waar je die ene vinger bij aflikt.
Maken!!!!
     Jean Beraud. Parisian Street Scene.

Eerst gaan we op zoek naar materialen om deze peperbus te kunnen maken. Nou zijn jullie er aan gewend dat ik zelf wel een kokertje maak om een rond stokje of zo. Deze keer had ik een kokertje liggen van de juiste maat. Perfect dus om mee verder te gaan. Voor het mooi gevormde dak gebruiken we het aloude en vertrouwde styreen. We snijden een drietal zeskantige plaatjes van 1mm uit en lijmen deze op elkaar. Op het bovenste en onderste plaatje lijmen we een profieltje van 0,5mm.
Voor de voet wikkelen we een dun velletje styreen om de onderkant van het kokertje wat we reeds hadden liggen, en lijmen daar ook nog een paar profieltjes omheen. Doe dit tot de juiste diktes zijn verkregen. Neem nu een klein rond vijltje en vijl de gebogen vorm in de voet.
Voor de peervormige dakafwerking wikkelen we een velletje styreen om een dun stokje. Als dit droog is vijlen we met vijltjes de peervorm er in, en lijmen dit op het zeskantige platte deel.
Nu lijmen we nog even een dun stukje papier om de koker voor de afwerking.
Terwijl dat droogt knippen en plakken we op de computer uit de afbeelding een blad met reclame voor onze minipeperbus.
Plakken dat voorzichtig op ons model. Nu kan ook het peervormige dakje er op.
De voet en de punt worden te doen gebruikelijk donkergroen geschilderd en klaar is de peperbus. Mannetje erbij die kijkt wat er zoal te doen is.
Alle figuren op dit plein en de twee koetsen zijn van Preiser en Mertens, echter een aantal zijn veranderde Preisers. De omnibus, de handkar, de VG&Lwagen en de fietsen zijn zelf gebouwd. Hiervan is elders op de site een beschrijving te vinden.

Straatmuzikanten.
Nu ik het plein toch aan het vullen ben zet ik er ook nog een paar zelfgemaakte figuurtjes op. Want zeg nou zelf, op elk druk bezocht plein staan wel wat straatmuzikanten. Zo ook hier. Uit mijn bakje onbeschilderden pluk ik weer een mannetje en ontdoe hem van de verkeerde armen en hoofddeksel.
Voor ik naar een geschikte donor ga zoeken voor de nieuwe armen, ben ik alvast begonnen met de bouw van zijn buikorgeltje.
In de doos van de preiserfiguurtjes uit deze periode vond ik een vrouw die er, na wat vijlwerk, niet meer zo rijk uitziet. Eveneens vond ik een mansfiguur die de geschikte armen wilde doneren.
Nu kunnen zij in de verf gezet worden.
Deze zittende mevrouw zal na een aanpassing een andere houding krijgen om een muntstuk in het bakje van de straatmuzikant te deponeren.
Door toevoeging van wat styreen krijgt ze iets meer volume in haar zitvlak. En door aan de voorkant de rok iets schuin weg te vijlen krijgt ze de bukhouding. Ook wordt de rechter arm voorzichtig los gesneden en van houding veranderd zodat deze gestrekt is.
Dit is dan het eindresultaat van dit tafereeltje. Een passerend echtpaar dat de muzikant een gift doet.

Negentiende eeuwse melkkar.
In de wachtkamers van het station wordt koffie verkocht. In de koffie gaat een beetje melk. Dus komt er een melkboer dagelijks aan de deur om deze te brengen.
Ergens vond ik een artikel over een negentiende eeuwse melkkar. Met deze karretjes werd door de boeren de melk rond gebracht. Mag dus niet ontbreken bij de dienstingang van de wachtruimtes.
Ik ben begonnen met het maken van de wielen en het frame. In de beroemde rommeldoos vond ik nog een vat. Daar zijn twee dragers onder gemaakt, zodat hij op het frame bevestigd kon worden.
Om bij dit karretje een melkboer te creëren wordt er wederom een Preisertje opgeofferd. De jas van de spoorbeambte wordt vrij gemaakt van alle roesjes en plooien. Zijn pet moet plaats maken voor een strohoed, zijn jas krijgt een wat simpele snit en kleur. Ook krijgt hij een geldtas over zijn schouder en een melkkannetje in zijn hand.
Terwijl de melkboer droogt maak ik de melkkar af door het frame op de wielen te lijmen en er een duwhandel op te maken. Ook komen er twee steunen onder zodat de kar redelijk recht blijft staan. Ook een lekbakje ontbreekt niet.
De melk wordt door een serveerster opgehaald. Die moet er dus wel komen. OK. Er worden nog een aantal figuurtjes omgebouwd.
Armen en hoofden worden geamputeerd en vervolgens getransplanteerd. Zij krijgt een lange rok met schort, en een pannetje voor de melk.
Het hoofdkapje wordt nog wat afgevijld zodat het wat beter past bij de kleding van een serveerster. Dan kan het figuurtje geschilderd worden.
Nu de verf droog is kunnen alle delen even bij elkaat gezet worden om te zien of het er wel een beetje goed uitziet.
Als de melkboer bij de dienstingang aankomt, wordt het serveerstertje naar buiten gestuurd om de melk over te nemen.


   De aanleg van dit plein is voltooid. Alle attributen staan er op.
   Aan een aantal attributen is elders op deze site een pagina besteed.